Allesbehalve kleurloos

De Japanse schrijver Haruki Murakami (° 1949) onderscheidde zich al snel van zijn tijdgenoten door zijn interesse in Amerikaanse literatuur, westerse films, pop en jazz. Na een toneelopleiding werkte hij in een platenzaak en opende hij een  jazzclub: Ik bedacht alleen hoe mooi het zou zijn als ik zou kunnen schrijven alsof ik een muziekinstrument bespeelde. Van Norwegian Wood (1987) werden miljoenen exemplaren verkocht en Murakami werd eensklaps een nationale beroemdheid. Intussen worden zijn boeken in meer dan veertig landen uitgegeven. Om het schrijvershoofd koel te houden doet hij aan hardlopen – hij nam zelfs deel aan marathons en triatlons. Op 12 januari 2014, Murakami’s 65ste verjaardag, verscheen De kleurloze Tsukuru Tazaki en zijn pelgrimsjaren.
De twintigjarige student Tsukuru Tazaki wordt verstoten uit het vriendengroepje waartoe hij sinds de middelbare school behoorde en opeens is  hij helemaal alleen. Zijn jeugdvrienden, achtergebleven in zijn geboortestad toen hij in Tokyo ging studeren, willen van de ene op de andere dag niets meer met hem te maken hebben en Tsukuru heeft geen idee waarom.
Zijn vrienden hebben een naam waarin een kleur voorkomt: Blauwezee, Rodeden, Wittewortel, Zwarteveld, wat hen de respectievelijke bijnamen de Blauwe, de Rooie, Witje en Zwartje oplevert. Alleen in de naam van Tsukuru Tazaki komt geen kleur voor, wat hem laat besluiten dat hij een kleurloos persoon is, iemand zonder enige inhoud.
Zestien jaar later ontwerpt Tsukuru - intussen afgestudeerd als ingenieur - stations, maar sinds de traumatische verstoting door zijn vrienden heeft hij het gevoel geen vat te hebben op zijn leven, evenmin op de relatie met zijn nieuwe vriendin Sala Kimoto. Zij spoort hem aan het heft in eigen handen te nemen. Hij  bezoekt zijn vroegere vrienden en tracht de gebeurtenissen van zestien jaar geleden te reconstrueren. Uiteindelijk wordt na een omzwerving in Finland het mysterie over de breuk met de vriendenclub verklaard. En wat blijkt: Niet alles is met het verstrijken van de tijd verdwenen, want Toén geloofden we vast in iets, en zo dachten we ook over onszelf: wij waren mensen die rotsvast in iets konden geloven. Zoiets kan niet zomaar zinloos verloren zijn gegaan.
Het zou niet de eerste keer dat zijn fans en de kritiek een van zijn boeken tot een   meesterwerk bombarderen, of het nu Kafka op het strand, De opwindvogelkronieken of de trilogie 1q84 is. Feit is dat Murakami steeds weer weet te boeien en blijkbaar onuitputtelijke invalshoeken vindt om zijn vaste thematiek  - de vergankelijkheid, de doelloosheid, het verlangen, het gemis, de zoektocht naar identiteit en  menselijk contact - ijzersterk vorm te geven. Het grensgebied tussen droom en realiteit is nooit veraf, zonder dat dat ook maar een moment gekunsteld overkomt. Murakami weet keer op keer te verrassen, de spanning te behouden en een diepmenselijk karakter te bewaren. En dat bewijst hij hier weerom op meesterlijke wijze.

De kleurloze Tsukuru Tazaki en zijn pelgrimsjaren, Haruki Murakami,  vertaald uit het Japans door Jacques Westerhoven, Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam / Antwerpen, 2014,  ISBN 978 90 254 4207 1

(Roger Nupie)